Alleen, dat is als een
sneeuwvlokje in een zwarte massa
dat naarstig vecht tegen eenmaking
Eén
rode
roos
tussen een verdorde doornstruik,
verlaten van ziel en leven,
strijdend tegen de wurging; dood,
maar lippen tot bloedens toe
het verwelken als tranen
Eén
positieve
gedachte
in een maalstroom van negativiteit
waarin de naïeviteit wordt opgefokt
door de in leven gedwongen depressie;
agressie moordt elk oprecht verlangen uit
Eén
eenzaam
alleen
als een druppel regen in
een leeggebroedde woestijn,
miljoenen zandkorrels als gezelschap
maar niet dezelfden, eensgezinden,
en het verdrinkt in de droogte
Niet
één
maakt
alleen