Als de kinderen naar bed zullen gaan
Dan komt mijn tijd om aan de drank te gaan
Om me van de gedachte aan je te ontdoen
En opdat ik me met mijn zielig lot verzoen
Een minuut lijkt wel een dag te duren
Door die eeuwigheid kruip ik op de muren
Om even maar niet aan jou te hoeven denken
Om mijn eigen hart niet nog wat meer te krenken
Maar in elke steen staat jouw gelaat getekend
In elke voeg zit mijn ziel aan jou geketend
Als ik boven kom dan zie ik je lachend kijken
Als ik val, voel ik me weer voor jou bezwijken
De drank zou me moeten doen vergeten
Maar in werkelijkheid? Je zou eens moeten weten
In plaats van te vergeten, kom jij in tweevoud op me af
En eerlijk, om te vergeten, daarvoor ben ik veel te laf
Je bent mijn verleden, mijn heden en mijn toekomst
Jij bent het, voor wie mijn hart voor eeuwig bonst
Ik heb hiervoor al veel geleden, maar niet genoeg
Wil nog lijden van ’s avonds laat tot ’s morgens vroeg
Geen leed is me te zwaar om dragen
Geen verdriet te hard om te verdragen
Van zodra mijn dromen weer ontwaken
Is het over jou dat ik wil blijven waken
Ik kijk rond om de grenzen van mijn liefde te bespeuren
Maar des te verder ik kijk, hoe dieper ze me mee gaat sleuren
De grens noemt eeuwig, de poort naar eeuwige trouw
Dat je het nu wil of niet, het is echt van jou dat ik hou
Auteur: Freyer | ||
Gecontroleerd door: | ||
Gepubliceerd op: 12 december 2007 | ||
Thema's: |